vrijdag 26 maart 2021
Aselectief
maandag 22 maart 2021
Passanten 2 - Wilma
![]() |
foto: http://www.cafeavontuur.nl/ |
Ze had lang haar, ze droeg een bril en ze had een vriendelijke uitstraling. Ze was 'niet onknap' zoals mijn moeder dat noemde, maar ook geen fotomodel, want ze was aan de mollige kant. Ik kwam haar tegen in café Het Avontuur. Dat was destijds mijn stamkroeg, ik heb er al vaker over geschreven. Ze heette Wilma. Haar achternaam was gelijk aan die van een bekende Nederlandse neo-nazi, die in die tijd in Nederland actief was. Daardoor heb ik die ook altijd onthouden.Ik denk niet dat Wilma zijn gedachtengoed deelde. Ze maakte min of meer deel uit van een clubje middelbare scholieren die de progressieve waarden aanhingen, zoals die midden jaren zeventig bij een groot deel van de jeugd bon-ton waren. Ik sluit niet uit dat ze zelfs ruimdenkender was dan ik in die tijd. Achteraf schat ik haar leeftijd op zeventien of achttien jaar. Ik was een paar jaar ouder, omstreeks tweeëntwintig.
Ik wist ook waar ze woonde. En omdat er destijds nog telefoonboeken waren waar bijna iedereen in stond die telefoon had, compleet met adres, wist ik haar telefoonnummer te achterhalen. Of, beter gezegd, het telefoonnummer van haar ouders.Op een onbewaakt ogenblik heb ik dat nummer gedraaid. Haar vader nam op. Ik vroeg plompverloren of Wilma thuis was. Vader vond dat ik wel een beetje hard van stapel liep; mijn naam zei hem niks en hij wilde eerst wat meer over me weten voor hij mijn vraag wilde beantwoorden. Ik zal wel gezegd hebben dat ik Wilma uit Het Avontuur kende, of zoiets. Waarom ik Wilma uiteindelijk niet aan de telefoon heb gekregen, weet ik ook niet meer precies. Waarschijnlijk was ze gewoon niet thuis. Vader’s wantrouwige toon was in ieder geval reden om het niet nog eens te proberen.
Vrij snel daarna verloor ik haar uit beeld. Waardoor is me niet duidelijk. Misschien ging ze buiten Dordrecht studeren, of ze kwam om een andere reden niet meer in Het Avontuur en de andere Dordtse cafés. Ik heb haar nooit meer gezien.
maandag 15 maart 2021
Waarom ik langzamerhand een hekel krijg aan ongeveer de helft van de Nederlanders
![]() |
Cartoon: Bas van der Schot |
Ja, dat is wèl even een titel. Het gevoel sluimerde al langer, maar de actualiteit drukte me zodanig met de neus op de feiten, dat het er nú maar eens uit moet.
zondag 7 maart 2021
Decca, of de jongens die naar Denemarken gingen
In één van mijn eerste blogs heb ik hem al eens genoemd: de man van wie ik min of meer zeilen leerde: Rob uit Papendrecht. Dat zeilen leren vond plaats aan het eind van de jaren ‘70. De boot was een Draaijer; een kajuitzeilbootje van 5,70 m. Voor zijn tijd een redelijk snel en fel ding, dat eigenlijk zeilde als een open boot met een ballastkiel.
Dat gegeven wekte bij Rob kennelijk grote ambities, want vrij kort na deze aankopen meldde hij dat hij met de Dutchy naar Denemarken wilde. Zeker toen vond men dat nog een hele onderneming. Hoewel Rob In aanzienlijke mate een loner was, die de meeste uren op zijn boten alleen doorbracht, wilde hij in dit geval toch wel met bemanning varen. Zijn jongere broer Erik en ik kregen de vraag of we mee wilden. Dat wilden we wel.
Het volledige verhaal van de reis heeft te veel regels nodig. Om
het kort te houden: wij werden min of meer die jongens die naar
Parijs gingen. We gingen wèl, maar we kwamen nooit aan. Er was
pakweg vier weken voor de reis uitgetrokken, maar na twee weken waren
we, met Papendrecht als startpunt, niet verder gekomen dan Borkum. Na korte zeereisjes bovenlangs van Terschelling naar Lauwersoog en van Lauwersoog naar Borkum. Dat was, voor een relatief onervaren zeiler
als ik toen was, al een hele belevenis, trouwens.Hoewel we nooit uit het zicht van land waren, waren het mijn eerste tochtjes over zee. Toen we het zeegat bij Schiermonnikoog uitkwamen, stond daar, ondanks de zwakke wind, een aanzienlijke oude deining. Voor het eerst zag ik golven waarachter ik de horizon niet meer kon zien.
Een week later, op dezelfde reis, zeilden we buitenom van Stellendam naar de mond van de Oosterschelde. Opnieuw was de route uitgezet met waypoints en werd er angstvallig naar de AP-navigator gekeken.
In 1996 schafte ik mijn eerste gps aan. Het GPS-systeem is veel sneller en veel betrouwbaarder dan Decca, dat inmiddels allang tot het verleden behoort. Maar mijn wantrouwen tegen het varen op waypoints was, ruim tien jaar na de geschetste incidentjes, nog niet verdwenen. Ik heb het sindsdien dan ook nooit meer gedaan.