maandag 23 november 2020

Bergen

 

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Zo af-en-toe zijn mijn vrouw en ik ineens toe aan een uitstapje. 
Dat doen we vaak met zogenaamde Fletcher-bonnen. Die kun je voor een bescheiden bedrag kopen bij de gelijknamige hotelketen. Ze zijn een bepaalde tijd geldig en geven je recht op een goedkope overnachting in een Fletcher-hotel naar keuze. De enige restrictie is, dat boeken pas twee weken voor de overnachtingsdatum kan. Het is kennelijk een manier van Fletcher om van leeg blijvende kamers af te komen. 
In de praktijk werkt het naar twee kanten heel aardig: wij overnachten met een aanzienlijke korting in een hotelkamer en omdat je meestal toch het één en ander eet en drinkt in het hotel, heeft dat een zekere omzet, die het anders niet zou hebben. Een levensechte win-win-stituatie!
 
Afgelopen zaterdag liep de geldigheidsduur van zo'n bon bijna af, dus was het tijd voor een kort uitje. Het weer zou op zondag in het noorden droog zijn en omdat we altijd graag naar buiten willen, moest de bestemming dus ergens in het noorden liggen. Omdat het slechts om één nachtje ging, wilden we ook niet te ver rijden. Het moest daarom in het noordwesten zijn. 

Het duingebied tussen Egmond aan Zee en Schoorl kenden we nog niet echt. 
Bovendien kent het dorp Bergen wat architectuur betreft een bijzonder wijkje (Meerwijk) en stond er Museun Kranenburgh, dat zich liet voorstaan op het bezit van een aanzienlijke collectie schilderijen uit de zogenaamde Bergense School. 
Ik kon me bovendien niet herinneren dat ik ooit eerder in Bergen was geweest. Wèl wist ik dat Thé Lau, oprichter van The Scene en lang geleden gitarist in Neerlands Hoop Express, er was geboren. In laatste instantie bleek hij trouwens indirect met de Bergense School verbonden te zijn. Zijn opa, waarnaar hij vernoemd is, was één van de exponenten ervan.

Op zondagochtend wandelden we eerst even naar Meerwijk, dat op een paar minuten lopen van het hotel bleek te liggen. 
Het is een verzameling villa's, die begin jaren '20 zijn ontworpen door architecten van de Amsterdamse School. Dat betekent: vloeiende lijnen, vaag aan Indië refererende details en in dit geval, waarschijnlijk vanwege de landelijke omgeving, maar ook vanwege de vormgevingsmogelijkheden, vooral rieten kappen. In eerste instantie werden er vijftien villa's gebouwd
Die rieten kappen werden al kort na de bouw drie villa's in de wijk fataal. Ze brandden af en werden nooit meer herbouwd. Een andere ging in 1952 eveneens door brand verloren en werd wèl herbouwd, waarbij van de oorspronkelijke architectuur weinig overbleef. Maar wat wèl bleef staan is nog steeds de moeite waard.
Via de Meerwijklaan, die als een halfverhard wandelpad tussen de huizen doorloopt, kun je over de Lijtweg en de Meerweg een rondje lopen, waarbij je de mooiste resterende exemplaren te zien krijgt. Alleen van buiten, want de huizen worden nog gewoon door particulieren bewoond.
 

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Een mooi monument voor de tijd toen het bouwen van een vrijstaand huis nog als een culturele daad werd beschouwd en de opdrachtgevers er ook een paar centen voor over hadden. Wie nu een eigen huis bouwt en niet over een paar miljoen beschikt, moet zich vanwege de huidige grondprijzen tevreden stellen met een catalogus-woning. Het tuinhuisje van De Ark vormt een schil contrast met de houten tuinhuisjes van de bouwmarkt, waarmee de moderne mens zijn achtererf volbouwt.
 

 

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Na aldus in culturele zin voorlopig weer gelaafd te zijn, wandelden we door de duinen naar Bergen aan Zee. De route voerde voor een groot deel door een eikenbos. De takken van de ontbladerde bomen grepen in grillige vormen wanhopig naar de hemel, waar zich af-en-toe inderdaad een zonnetje vertoonde. Toen we even halt hielden omdat mijn vrouw een paddenstoel wilde fotograferen, vloog er en passant een Havik over.
 
 



 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Bergen aan Zee heeft niets van de bedaagde knusheid die Bergen kenmerkt. 
De nederzetting bestaat vooral uit lelijkheid gebouwd in de jaren zestig en zeventig, hoewel het kerkje met een zeilschip als windwijzer op de toren wel vrolijk maakt.
 

 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Over het strand naar het noorden, waar een ruwharige teckel met tomeloze energie en uithoudingsvermogen alles in het werk stelde om een Drieteenstrandloper te vangen. Ik hoop dat het beest 's avonds een dubbele portie brokjes heeft gekregen. Dat zal hij nodig hebben gehad.
Via een duinovergang liepen we weer terug richting Bergen, want we wensten nog meer cultuur tot ons te nemen. Ik had 's morgens voor vertrek een tijdsslot gereserveerd bij Museum Kranenburgh, om de Bergense School eens wat beter te leren kennen. In andere musea hadden we wel eens werk van Leo Gestel, Charley Toorop en Jan Sluijters gezien, maar nu zouden we nog veel meer van hen en anderen gaan zien in de bakermat van de stroming: Bergen.

Dat laatste viel bitter tegen.
Eén zaal van het museum was gewijd aan de 'De luchten van de Bergense School', waar met behulp van pakweg vijftien schilderijen het thema 'luchten'  binnen de Bergense School werd getoond. 
En dat is het dan, op dit moment, wat de Bergense School betreft in Museum Kranenburgh. De andere zalen waren gewijd aan moderne kunst. Veelal van de soort die het moet hebben van pretentieuze ideeën die bij mij niet meer oproepen dan de gedachte "leuk verzonnen". Als het om modern ging, vond ik het zaaltje dat was gevuld door lokale scholieren onder het thema social distancing nog het meest inspirerend. 
Binnen een uur waren we weer buiten. 
De zegen van de Museumjaarkaart is dan weer dat je jezelf in een geval als dit niet bekocht hoeft te voelen.

Hoewel Bergen een soort Wassenaar met artistieke pretenties is, waar meisjes met influencer-achtige uitstraling hondjes aaien onder de uitroep: "Oh my God, hij is zó zàcht!", was het verder een uitstekende dag.
 


De link bij het kerkje opent een filmpje op YouTube over de geschiedenis ervan. Dat verklaart ook het gegeven dat Bergen aan Zee vooral uit lelijkheid uit de jaren zestig en zeventig bestaat. Natuurlijk weer de oorlog.