maandag 28 december 2020

Ernstvuurwerk

 


 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Ik heb een boot. Als je met die boot wat verder komt dan het slootje achter het huis of de dichtstbijzijnde vijver, dan ontstaat meestal een zekere behoefte aan zaken die de veiligheid aan boord dienen. Een reddingsboei, die men een overboord gevallen bemanningslid achterna kan gooien, is in die categorie een van de simpeler dingen. Wie een paar centen te verspijkeren heeft kan een marifoon aanschaffen. Tegenwoordig zijn die zelfs uitgerust met een rode alarmknop. Eén druk op die knop en de Kustwacht zet een complete machinerie in beweging, die als ultiem eindproduct de reddingboot levert, die bij je langszij komt, of je oppikt als de boot al gezonken is.

Ergens tussen de reddingboei en de marifoon bevindt zich het zogenaamde ernstvuurwerk. 
Eén van de verschijningvormen is het zogenaamde handstakellicht. Dat is een volledig uit z'n krachten gegroeid sterretje, dat je in je hand houdt na het afsteken en dat licht afgeeft ter waarde van 10.000 candela. Het is er ook in de vorm van parachutelichten; een soort vuurpijl die een lichtkogel enkele honderden meters de lucht in jaagt, waarna die ontsteekt en brandend en veel licht gevend, aan een kleine parachute langzaam naar beneden komt.

Vanaf het moment dat ik regelmatig op wat ruimer water kwam, zoals het IJsselmeer en de Zeeuwse stromen, had ik een klein assortiment ernstvuurwerk aan boord. Een marifoon had ik in die tijd nog niet en de mobiele telefoon lag nog een paar jaar in de toekomst. Nog even los van het bereik daarvan, dat in de jaren '90 waarschijnlijk nog een stuk minder was dan tegenwoordig. 
Met name parachutelichten waren destijds voor mij de enige manier om alarm te slaan, als ik te maken kreeg met ernstige problemen die ik niet zelf kon oplossen.
 
Ik heb er gelukkig nooit één in 'ernst' afgeschoten.
De aanschaf was weliswaar een investering in mijn eigen veiligheid en die van de overige bemanning, voor zover aanwezig, maar het rendement dus feitelijk nihil. Mede omdat het vuurwerk een beperkte houdbaarheidsdatum had. De goede werking werd gegarandeerd tot de datum die erop was gestempeld en die reikte niet verder dan drie tot vier jaar na aanschaf.
Om er toch een beetje lol van te hebben schoot ik rond twaalf uur op oudejaarsavond vaak een paar parachutelichten af. Ze werkten, ondanks het feit dat ze meestal al een paar jaar over de datum waren, altijd goed. 
Het was op een bepaalde manier ook wel leerzaam en vertrouwenwekkend om af en toe zo'n ding af te schieten. Ook omdat er verschillende types waren. Meestal bestond het afvuur-mechanisme uit een touwtje met een ring eraan, dat vrijkwam als je een plastic dop van het parachutelicht losdraaide. Vervolgens was het de bedoeling om de pijl recht omhoog gericht boven je hoofd houden en aan het touwtje trekken. Er volgde een harde knal, waarna er een paar seconden niks te zien was, tot er hoog in de lucht een rood licht begon te schitteren.
Er waren echter ook types die werkten met een soort pal, die je in moest drukken om de lichtkogel omhoog te sturen. Dat voelde een stuk onveiliger aan. De pijl op de verkeerde plek vastpakken of laten vallen, kon hem ontsteken. Na er één keer één van dat type te hebben afgestoken, wist ik welke pijlen ik in het vervolg niet meer moest kopen.

Op zeker moment begonnen er echter verhalen op te duiken over parachutelichten die over de datum waren en niet meer exact deden wat ze moesten doen. Zo zouden er pijlen van hun koers zijn afgeweken om dicht bij de grond een horizontale koers te volgen, met alle risico's en gevolgen van dien.
Ook is het wel voorgekomen dat lichtkogels op brandbare daken landden terwijl ze nog brandden, met een fikse brand tot gevolg.
Na een paar van die verhalen ben ik maar gestopt met m'n dure maar nutteloze oudejaarsvuurwerk. 
Ik bouwde een kleine verzameling overjarige noodsignalen op en toen ik me begon af te vragen hoe ik er vanaf kon komen, doemde het volgende probleem op: op veel plaatsen die je daarvoor geschikt zou kunnen achten, werd overjarig ernstvuurwerk niet aangenomen. Veel afvalbrenglocaties weigerden het en ook op politiebureaus wilde men het niet hebben.
Als gevolg daarvan stond het gele containertje, dat u hierboven ziet, met vier parachutelichten en twee handstakellichten, een kleine tien jaar ergens op een plank in het onderhuis.

Tot vanmorgen.
Op het immer behulpzame Zeilersforum maakte iemand me erop attent dat er in veel gemeentes acties liepen om illegaal vuurwerk in te leveren, zonder dat de brenger zich hoefde te identificeren. Die iemand had zich naar zijn lokale inleverpunt begeven met zijn eigen verzameling overjarige parachutelichten en handstakellichten en hij had die zonder problemen daar achter kunnen laten. Even googelen leerde dat er ook in Dordt zo'n plek was.

Zodoende fietste ik een uurtje geleden naar het parkeerterrein bij het FC Dordrecht-stadion. 
Er stonden, op een verder volledig lege lap asfalt van honderd bij tweehonderd meter, een partytent, een bestelbusje, een tafel met twee heren in reflecterende gele overgooiers erachter en een stuk of vier stadswachten. Die laatsten kennelijk om op te treden als er ongeregeldheden zouden ontstaan. 
Van illegaal vuurwerkbrengers geen spoor. Het was bijna twaalf uur en volgens de website van de gemeente kon er vanaf negen uur worden ingeleverd. De betreffende functionarissen stonden dus al een kleine drie uur te blauwbekken. Desondanks volgden ze vol verwachting mijn nadering over het lege parkeerterrein.
Aangekomen bij de tafel zei ik tegen de gele hesjes: "Dit vuurwerk is niet illegaal, maar ik wil er wèl vanaf". De hesjes namen het zwijgend aan en de stadswachten mompelden iets waarin het woord "zinvol" voorkwam. Ik wenste de heren een prettige voortzetting (ze moesten daar nog tot vier uur staan) en een prettige jaarwisseling, stapte weer op mijn fiets en verliet het parkeerterrein.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten